,,Wachtlijsten zijn er in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) al jaren, de instroom groeit, de sector kan dit niet alleen oplossen'', zo verwoordt Ruth Peetoom.
,,Wachtlijsten zijn er in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) al jaren, de instroom groeit, de sector kan dit niet alleen oplossen'', zo verwoordt Ruth Peetoom. Roos Koole

Oproep aan professionals
om nauwer samen

20 december 2021 om 15:24

'De sector kan het niet alleen oplossen'

WOUDENBERG We doen iets niet goed als het gaat om het steunen en zorgen voor de kwetsbare medemens in Nederland. Een op de vier mensen heeft een psychiatrische diagnose (gehad) en tegelijkertijd krijgen de meest ontredderde en ontregelde personen geen passende hulp. ,,Wachtlijsten zijn er in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) al jaren, de instroom groeit, de sector kan dit niet alleen oplossen'', zo verwoordt Ruth Peetoom dat (Trouw, 6 november 2021).


De associatie van wijkteams heeft een oproep geschreven aan betrokken instellingen en politiek Den Haag. De Kleine Schans is lid van de associatie en heeft meegeschreven aan dit stuk. Niet omdat we zo van schrijven houden, maar vanuit een ambitie. We kunnen dit als wijkteams of als ggz niet alleen op lossen. Daarom is de oproep aan de ggz en het sociaal domein om de handen ineen te slaan. 

We willen graag naar een inclusieve samenleving waar ook mensen met een grotere kwetsbaarheid onderdeel van uitmaken. We willen graag behandeling voor mensen die dat nodig hebben, vormgegeven in samenwerking met hen, hun netwerk en in hun eigen leefwereld. 


DE SITUATIE NU Dat de realiteit anders is zien wij (bijna) dagelijks terug in de media. En regelmatig ook in het werk in Woudenberg. Op vier punten worden problemen gesignaleerd.


1. Inwoners die psychiatrische hulp en maatschappelijke ondersteuning het hardst nodig hebben krijgen dit vaak niet, te weinig of te laat. Zij kloppen zelf laat aan bij de ggz of het wijkteam, belanden op lange wachtlijsten en ze krijgen soms een diagnose maar geen passende hulp.


2. Wanneer mensen met extra kwetsbaarheid op psychisch vlak een ouderrol vervullen, heeft het gebrek aan passende hulp verregaande consequenties voor hun kinderen. Psychische nood, een instabiel opvoedklimaat en onveiligheid binnen gezinnen hangen nauw samen. De ouderschapsrol zou altijd onderdeel moeten zijn van de behandeling binnen de ggz en waar nodig moeten wijkteams actief betrokken worden. Dit gebeurt nu onvoldoende.


3. Hulp en behandeling zijn alleen duurzaam als deze zich richten op het dagelijkse leven van de inwoner; op het netwerk rond mensen en op alle perspectieven die mede bepalend zijn voor psychisch welbevinden (denk aan bestaanszekerheid, wonen, werk, veiligheid, verslaving, schulden, opvoedvaardigheden, trauma, zingeving etc.). Die samenhang en de onderlinge samenwerking ontbreken nu te vaak. 


4. In antwoord op toenemende kosten en wachtlijsten zien we binnen de ggz en bij zorgverzekeraars de reactie om onderscheid te willen gaan maken tussen medische en niet-medische ggz. Een dergelijke verdergaande specialisering verbrokkelt de hulp en bemoeilijkt samenwerking met belangrijke mensen in het leven van cliënten en professionals in het sociale domein. 


VERSCHIL IN BENADERING De geschetste situatie wordt breed gedeeld en is niet nieuw. Hoe komt het dan dat er zo weinig verandert? De situatie is complex doordat diverse moeilijkheden met elkaar verband houden. Er is verschil in benadering, taal, cultuur en beeldvorming. Binnen de ggz domineert het medisch model: mensen met psychische problemen hebben een stoornis die individueel gediagnosticeerd en behandeld wordt. Die behandeling richt zich op het opheffen of leren omgaan met de stoornis.

Wijkteams hebben de opdracht om meer te werken vanuit het sociaal model: de samenleving, de directe leefomgeving en de bestaanszekerheid zijn bepalend voor de mate waarin volwassenen en kinderen psychische problemen krijgen én de mate waarin zij daarvan kunnen herstellen. De hulp en ondersteuning richt zich op het versterken van het dagelijks leven en de mensen die daarin een belangrijke rol vervullen. Door dit verschil richten we ons op andere zaken en kennen we elkaar te weinig.


Ook de professionele identiteit, status en angst speelt een rol. Tussen het medische en sociale domein heerst er ook een (onuitgesproken) verschil in status en macht. De transformatie richting een meer inclusieve samenleving vraagt een andere rol van professionals in het sociale domein en in de ggz. Angst voor verlies van status, macht en identiteit en het nemen van verantwoordelijkheid speelt daarbij een impliciete rol.


Onze maatschappij heeft last van een ‘maakbaarheidsgedachte’. De menselijke geest en gevoelsleven vormen een complex geheel met beperkte voorspelbaarheid en maakbaarheid. We zijn met z’n allen gaan geloven dat de wereld maakbaar en voorspelbaar is, of zou moeten zijn en richten daar onze systemen op in. Met als keerzijde: dwingende en niet passende richtlijnen en protocollen. Complexe opgaven vragen juist om creativiteit en flexibiliteit; mensen vragen om maatwerk.


MARKTWERKING Zorgverzekeraars maken financiële afspraken met aanbieders van ggz op een wijze die het aantrekkelijker maakt om mensen met lichte problemen te helpen dan mensen met een zware of chronische psychische belasting. Marktwerking heeft de focus sterk gericht op succesvol afronden van behandelingen. Daarbij komt dat de bekostiging gericht is op de stoornis van de individuele verzekerde, niet op het sociale netwerk van de verzekerde of op de samenwerking met professionals in het sociale domein. Ook in het sociaal domein en de jeugdhulp is, met het oog op kostenbesparing, een focus zichtbaar op succesvol en sneller afronden van ondersteuning. Mensen die juist gebaat zijn bij langdurige begeleiding komen dan in de knel. Daarbij komt nog dat verschillen in wetgeving (ZVW, WLZ, Wmo, Jeugdwet) en daaruit voortvloeiend verschillen in de besturing en bekostiging (verzekeraars, zorgkantoren, gemeenten) en verschillen in interpretatie van regelgeving rondom privacy, de grenzen en verantwoordelijkheden de samenwerking verder bemoeilijken.


De oproep vanuit de associatie is aan ieder die zich aangesproken voelt, om vanuit de eigen mogelijkheden bij te dragen aan het gesprek over en de beweging richting een inclusieve samenleving die psychische variatie omarmt. Waarin professionals vanuit de psychiatrie en het sociale domein nauw samenwerken met inwoners, hun netwerk en met elkaar, gefaciliteerd door steunende structuren en bekostiging. Bij complexe vraagstukken als deze is er geen eenvoudige of enkelvoudige oplossing. Wat wel helpt is een gezamenlijke richting. Dat begint met het onder ogen zien van de complexiteit en de ernst van de situatie. Bij complexiteit past kort cyclisch werken, samen begrijpen, leren en verbeteren. En het telkens weer zetten van stap 1: wat weerhoudt mij nu om te doen wat nodig is? Wat kan ik doen om op dit moment, vanuit mijn positie, bij te dragen aan deze beweging? De werkgroep gaat in januari aan de slag met de opbrengsten uit het netwerk.