'Ik zou willen dat het dorp [hechter wordt]'

Wilma Opstelten, nummer 6 op de GBW-lijst

22 november 2021 om 14:02

Wilma Opstelten is in 1983 in Woudenberg komen wonen. Zij is geboren en getogen in Utrecht en werkte daar in 1983 als kapster. 

Haar toenmalige baas bood haar op dat moment aan om als bedrijfsleidster een filiaal in Woudenberg te openen. ,,Ik zei eerst nee, omdat ik niet de stad uit wilde. Ik was echter meteen verliefd toen ik in het dorp kwam. De kapsalon was aan de Voorstraat tegenover Bakkerij Schimmel. De Voorstraat was toen dé winkelstraat van Woudenberg. Wij hebben elf jaar met veel plezier boven de kapsalon gewoond”, vertelt ze.

OP ZOLDER Toen zij net verhuisd was naar een eigen huis op het Westerwoud kwam haar baas met een franchise-contract. ,,Het was geen goed contract en ik ging er niet op in. Ik besloot om voor mezelf te beginnen. Binnen zes weken had ik mijn eigen kapsalon op de Emmastraat. In de tussentijd knipte ik op zolder.”

Wilma is nu dertig jaar ondernemer. Zij vindt het kappersvak een prachtig vak. Al toen zij 7 jaar was, zei ze dat ze kapster wilde worden. ,,Ik vind het sociale aspect van mijn vak, het omgaan met mensen, erg leuk. Mijn klanten zijn bijna familie. Ik heb al die jaren lief en leed met hen gedeeld. Ook van het creatieve aspect geniet ik. Ik volg alle (mode-)ontwikkelingen in het kappersvak op de voet.”

Dat heeft Wilma altijd gedaan. Zij heeft naast de kappersvakschool internationale opleidingen gevolgd om de techniek van het kleuren en knippen goed te beheersen. ,,Ik volgde shows en trainingen in New York en op uitnodiging van het merk Redken ben ik ook bij shows in alle grote hoofdsteden van Europa geweest. Daarnaast volgde ik de Academie van Rob Peetoom. Die kennis en ervaring heeft mijn vak mooi gemaakt en mij leuke klanten vanuit de hele regio opgeleverd. Ik houd nu nog steeds mijn vakkennis bij.” Op haar vijftigste heeft Wilma haar onderwijsbevoegdheid op hbo-niveau gehaald. ,,Ik kan lesgeven in de vakken ‘zorg en welzijn’ op MBO-niveau. Ik heb enorm genoten van het stagelopen op het Hornbeeckcollege. Het was een mooie uitdaging om de opleiding te volgen.”

DORPSPARTIJ Toch bleef zij haar vak waar haar passie ligt uitoefenen en is zij nu klaar voor een nieuwe uitdaging. ,,Ik heb al vaker gezegd dat als ik tijd heb dat ik dan wel in de politiek zou willen. Die tijd heb ik nu. Ik sta er open voor om nieuwe dingen te leren”, geeft ze aan. Ze vertelt dat ze zich graag wil inzetten voor haar dorp. ,,Ik houd niet van clubjes en verenigingen. Dus dan is actief zijn in de politiek een mooie uitdaging.”

Toen Marco van de Hoef haar benaderde zei ze snel ja. Zij heeft altijd op GBW gestemd. ,,GBW is een echte dorpspartij zonder ideologische achtergronden of overtuigingen en dat spreekt mij aan.” Over wat zij Woudenberg te bieden heeft met haar kennis en ervaring geeft ze aan dat ze een ondernemer is, ook veel andere ondernemers ontmoet en zo weet wat er bij ondernemers in Woudenberg leeft. Vanuit haar vak staat zij ook midden tussen de bewoners. ,,Met mijn klanten voer ik serieuze gesprekken over wat er leeft in het dorp, waar mensen tegen aan lopen of wat zij bijvoorbeeld gevaarlijke verkeerspunten vinden.”

Wat haar betreft mag het wel iets gezelliger worden in het dorp. ,,Haantjesdag en Proef Woudenberg zijn de grote hoogtepunten in het jaar. Dan leeft Woudenberg op. Iedereen is dan op de been en je ziet dat we een echt dorp zijn, waar jong en oud bij betrokken wordt. Die sfeer zou er vaker moeten zijn”, geeft zij bevlogen aan.

Haar tweede wens is dat het dorp hechter wordt. In Woudenberg vindt zij het teveel een sfeer van ‘je bent bij de tennis’ of ‘je bent bij de voetbal’. Als voorbeeld van een hechter dorp noemt zij Hoogland, waar met 750 vrijwilligers de Hooglandse dagen worden georganiseerd. ,,Een echt dorpsgebeuren, dat spreekt mij aan.”

WONINGEN In de gemeenteraad zou Wilma zich graag in willen zetten voor het sociaal domein. ,,Ik zou graag meer willen betekenen voor de jeugd. Ik wil mij er sterk voor maken dat er woningen komen voor jongeren en dat er meer voor hen te doen is. Dat jongeren leren uitgaan in hun eigen dorp. Dat er te weinig te doen is voor de jeugd in Woudenberg zag ik al toen mijn drie kinderen jonger waren en nog thuis woonden.”

Dit zijn onderwerpen die passen bij haar sociale kant. Daar heeft zij meer voorbeelden van. Ze vertelt dat ze drie jaar daklozen in Amersfoort heeft geknipt met haar team uit de kapsalon. Nu heeft zij bijvoorbeeld een project voor kwetsbare mensen met een kleine portemonnee. ,,Ik heb voor de deur een kast staan met levensmiddelen, maar ook maandverband en tandpasta. Volgens het principe ‘heb je veel, dan geef je wat en heb je weinig, dan pak je wat’. Op dit moment stop ik er voornamelijk zelf spullen in. Het zou mooi zijn als meer Woudenbergers die veel hebben ook wat willen geven.”

Deze activiteiten onderneemt zij, omdat zij vindt dat iedereen moet kunnen deelnemen aan de samenleving. Dat geldt ook voor deelname aan de politiek. ,,Ik ben dyslectisch en zou zonder ondersteuning mijn stukken niet goed kunnen voorbereiden. Een wethouder uit Leusden is een klant van mij en vertelde dat de gemeente Leusden speciale potjes voor gesproken tekst van de raadstukken inzet. Dat is in Woudenberg voor mij ook geregeld. Fantastisch. Andere raadsleden vinden het ook prettig. Zij kunnen onderweg van hun werk naar huis in de auto de teksten ook opzetten.”

Door haar dyslexie is Wilma een 'beelddenker'. Dat past bij haar creatieve vak en bij haar hobby, schilderen. In huis hangen allemaal eigen werken. Die creativiteit vind je ook terug bij haar ideeën voor het centrum van Woudenberg. Zo zou zij het leuk vinden als meerdere verswinkels samen in één groot pand hun kwalitatieve producten aanbieden. ,,De winkeliers zitten veel te veel in hun eigen bubbel. Als zij samen in één pand zitten, kunnen zij samen de hoge huren van projectontwikkelaars betalen. Een pand met allemaal delicatessen. Dat heerlijk ruikt naar lekkere kippetjes, versgebakken vis, noten en kant en klare maaltijden. Dat geeft Woudenberg een kwaliteitsimpuls.”