Afbeelding
Archief

Twintig jaar homohuwelijk: Weinig Woudenbergers getrouwd met partner van hetzelfde geslacht

30 maart 2021 om 12:49 Maatschappelijk

WOUDENBERG Per duizend gehuwden in de gemeente Woudenberg hebben 0,8 gehuwden per duizend inwoners een partner van hetzelfde geslacht. Dat blijkt uit cijfers die het CBS dinsdag heeft gepubliceerd. In Woudenberg wonen daarmee, net als op Urk, relatief de minste homoparen van Nederland.

Het is op 1 april exact twintig jaar geleden dat het eerste homohuwelijk in Nederland werd gesloten. Sindsdien stapten er meer dan 28.000 paren van gelijk geslacht in het huwelijksbootje. Op dit moment zijn daar nog ongeveer 20.000 duizend van samen: ruim 19.000 mannen en bijna 21.000 vrouwen zijn getrouwd met iemand van hetzelfde geslacht.

Het CBS berekende per gemeente hoeveel inwoners er begin 2021 getrouwd waren, en of zij in de jaren 2001 tot en met 2020 in het huwelijksbootje zijn gestapt. Vervolgens is bekeken hoeveel van de gehuwden uit deze groep getrouwd zijn met iemand van hetzelfde geslacht.

Gemiddeld hebben zeventien op de duizend mensen die vanaf 2001 getrouwd zijn een huwelijk met iemand met hetzelfde geslacht. In Amsterdam ligt het aantal paren met gelijk geslacht het hoogst (45,2 per duizend gehuwden), gevolgd door Zandvoort, Nijmegen en Groningen. Voornamelijk in de Biblebelt vind je erg weinig homoparen terug. Op Urk en in de gemeente Woudenberg is dat aandeel dus het laagst (0,8 per duizend gehuwden).

(de tekst gaat onder de kaart verder)

Bekijk in onderstaande interactieve kaart het aandeel gehuwden met een partner van hetzelfde geslacht per gemeente.


Over de cijfers Op deze kaart vind je het volgende cijfer terug: per gemeente is gekeken naar hoeveel inwoners er begin 2021 getrouwd waren en of zij in de jaren 2001 tot en met 2020 in het huwelijksbootje zijn gestapt. Per duizend gehuwden in deze groep is vervolgens gekeken naar hoeveel van hen met iemand van hetzelfde geslacht zijn getrouwd. De gemeenten op de kaart zijn de gemeenten zoals die in 2021 bestaan. Gemeenten met minder dan duizend gehuwden op 1 januari 2021 zijn door het CBS niet meegenomen in de analyse.

PARTNERSCHAP Van de stellen die in 2001 trouwden, had 42 procent hun relatie eerder al vastgelegd met een geregistreerd partnerschap. Van de huwelijken die de laatste vijf jaar werden gesloten, was gemiddeld ruim 3 procent daarvoor een partnerschap. Tot de openstelling van het huwelijk in 2001 konden paren van gelijk geslacht hun relatie alleen met een geregistreerd partnerschap formaliseren.

Ook na de introductie van het homohuwelijk kozen nog relatief veel paren van gelijk geslacht voor een partnerschap in plaats van een huwelijk. Jaarlijks waren dat rond 500 paren, ongeveer een kwart van de stellen die hun relatie vastlegden bij de burgerlijke stand. Sinds 2015 is het aandeel homostellen dat voor een partnerschap kiest, toegenomen. Ook steeds meer heteroseksuele paren sluiten een partnerschap. In 2020 nam het aandeel partnerschappen in het totaal aantal sluitingen sterker toe dan in voorgaande jaren. Terwijl het aantal huwelijkssluitingen daalde, nam het partnerschapsregistraties net als in voorgaande jaren toe.

SCHEIDINGEN Jaarlijks stranden ruim 400 huwelijken van paren van gelijk geslacht. Huwelijken van twee vrouwen houden minder lang stand dan huwelijken van twee mannen of van een man en een vrouw. Van de vrouwen die in 2010 met een andere vrouw trouwden, was 26 procent na een kleine tien jaar (op 1 januari 2020) gescheiden. Dat is bijna twee keer zo veel als bij de gehuwde mannenparen (14 procent). Het percentage gescheiden echtparen bestaande uit een man en een vrouw is vergelijkbaar met dat van mannenparen. Van hen was 16 procent na tien jaar gescheiden. Ook voor echtparen die in eerdere of latere jaren trouwden en voor paren die een geregistreerd partnerschap sloten geldt dat verbintenissen bestaande uit twee vrouwen het vaakst eindigen in een (echt)scheiding.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie